We zijn in verwarring. We dreigen verstrikt te raken in een identiteitscrisis die maar op een manier kan eindigen: collectieve depressie.
Dat moeten we voorkomen en daarom een kloeke handleiding over wat ons Nederlander maakt. Om op terug te vallen, aan te refereren en om van te leren.
Voor de nieuwkomers, zodat ze weten waar ze zich aan te houden hebben, en, misschien nog wel meer, voor de hardwerkende Nederlander met voeten en voorouders in de Hollandse klei, voor stadse plattelanders en stedelingen in hun villa’s op de hei.
Zodat we allemaal weer een beetje houvast hebben. Vandaag: de letter C.
Crisis
Is er iets ook maar een beetje misgegaan, aan het misgaan of het zou kunnen misgaan: noem het crisis. Of het nou een kledingcrisis is (niks om aan te trekken naar de Gamma), een keukencrisis (de saus is blauw geworden van de touwtjes die je om de prei bond) of een asielcrisis (de opvang is wegbezuinigd en nu slapen mensen op het gras) noem het crisis en het is erg. En erg vraagt om drastische maatregelen, waarvoor je onvoorziene kosten mag maken (een hip trainingspak voor naar de gamma; een feestmaaltijd van Thuisbezorgd of de democratische rechtsstaat buiten spel zetten met crisiswetgeving of noodwet. Noem het crisis en je hebt de strijd al half gewonnen. (Let op: dit geldt alleen voor verzonnen crises. De echte crises: klimaat, wonen, zorg, pakken we niet aan, daar zijn we bezorgd over en daar werken we plannen voor uit.)
Consumeren
Innemen, wegmalen, schranzen, schrokken, slempen. Nederlanders houden ervan! We noemen het Bourgondisch, maar het is typisch Nederlands: niet verfijnd genieten, maar veel. Liever onbeperkt spareribs dan nouvelle cuisine, liever een meter bier in plaats van een exclusief likeurtje. Liever kermis dan concert, liever kerstmarkt dan nachtmis. Twee auto’s is beter dan een, en een beetje fietser heeft zeker drie modelletjes. Ik consumeer, dus ik ben. De hij die model staat voor onze culture standaard gaat liever dood dan dat hij voor de buren onderdoet. Daarom kijken we neer op die mafklappers die willen consuminderen. Meer is altijd beter.
Ciske
De rat. Ons eigen ettertje. Onze David Copperfield. Straatschoffie met een klein gouden hartje. Daar houden we van. Net als van Pietje Bell, van Bartje met z’n bruine bonen, zelfs van Gerrit, die steelt als de raven. Liefst gebracht als musical.