Het Integratie Alfabet. Nederlandse waarden en normen van A tot Z. Vandaag: I

We zijn in verwarring. We dreigen verstrikt te raken in een identiteitscrisis die maar op een manier kan eindigen: collectieve depressie.
Dat moeten we voorkomen en daarom een kloeke handleiding over wat ons Nederlander maakt. Om op terug te vallen, aan te refereren en om van te leren.
Voor de nieuwkomers, zodat ze weten waar ze zich aan te houden hebben, en, misschien nog wel meer, voor de hardwerkende Nederlander met voeten en voorouders in de Hollandse klei, voor stadse plattelanders en stedelingen in hun villa’s op de hei.
Zodat we allemaal weer een beetje houvast hebben.
Vandaag: de letter I.

Israël
Israël is onze vriend. Onze bondgenoot. Het land dat joden van ons kregen nadat wij ze zo massaal hadden verraden, niet alleen tijdens de Tweede Werelddoorlog, maar al honderden jaren. Het is prettig dat de joden nu een thuisland hebben, wij vinden het fijn als ze daar naartoe gaan. Want wat is er nou beter dan je eigen land, vol met je eigen mensen en helemaal ingericht volgens je eigen normen en waarden. Dat willen wij, dus dat wil iedereen! Want: eerlijk is eerlijk: we doen wel of ‘onze joden’ erbij horen, sterker nog, we gaan beschermend om hen heen staan, maar daarmee bevestigen we eigenlijk weer opnieuw: jullie zijn niet als wij. We gedogen jullie, maar jullie horen er niet echt bij. Maar dat mogen asielzoekers en moslims niet weten.


Inspraak
Heel Nederland is een soort babbelbox. Iedereen mag overal over meepraten. Inspraak noemen we dat. We hebben er hele constructies voor in elkaar gezet, voor alle niveaus, op alle fronten. Als het moet met instructies in zeven talen. Toch hebben we een halfslachtige verhouding met inspraak: we vinden het volkomen natuurlijk dat er naar ons geluisterd wordt en dat onze zin of onzin serieus genomen wordt. Sterker nog: als wij zelf iets opperen, dient dat direct instemmend en met gejuich ontvangen te worden. Heel anders wordt dat als er iets geopperd wordt waar we het niet mee eens zijn. Dan moet je gewoon je kop houden en je schikken naar de meerderheid. Want de meerderheid is het volk. En het volk heeft gelijk.

Instituties
Iets schimmigs waar cultuurmarxisten en de vijfde kolonne doorheen marcheren om ze of naar hun hand te zetten of van binnenuit uit te hollen. (Zie ook: Nep)

Het Integratie Alfabet. Nederlandse waarden en normen van A tot Z. Vandaag: H

We zijn in verwarring. We dreigen verstrikt te raken in een identiteitscrisis die maar op een manier kan eindigen: collectieve depressie.
Dat moeten we voorkomen en daarom een kloeke handleiding over wat ons Nederlander maakt. Om op terug te vallen, aan te refereren en om van te leren.
Voor de nieuwkomers, zodat ze weten waar ze zich aan te houden hebben, en, misschien nog wel meer, voor de hardwerkende Nederlander met voeten en voorouders in de Hollandse klei, voor stadse plattelanders en stedelingen in hun villa’s op de hei.
Zodat we allemaal weer een beetje houvast hebben.
Vandaag: de letter H.

Huisdieren
Wij Nederlanders houden van onze huisdieren. Misschien wel meer dan van onze medemensen. Er zijn landgenoten die hun kat of hond liever zien dan hun man, vrouw of kinderen. Huisdieren zijn bijkans heilig. We hebben modelijnen voor honden, inclusief feestkleding; we kopen kipfilet met mais en kaas of zeevruchten met tonijn en zalm voor onze katten; er zijn krabkastelen en manden die elektrisch verwarmd kunnen worden voor onze geliefde harige huisgenoten. Niks is te gek. Voor al het andere niet-menselijke leven hebben wij Nederlanders een ingebakken minachting, want we zijn nou eenmaal de rentmeesters van de aarde, en daarmee zijn we boven de dieren gesteld.

Henk
De echte Nederlander. Getrouwd met Ingrid. Voorheen vooral woonachtig in Almere, nu steeds vaker ook te vinden op het platteland waar je nog gezellig onder ons kunt zijn. Henk is idealiter vader van een jongen en een meisje. Er staan bij Henk twee auto’s voor de deur, een terreinwagen voor hem en een boodschappenautootje voor moeder de vrouw. De belangrijkste zaken in het leven van Henk zijn koopkracht, ’s avonds een goed stuk vlees op tafel en elk jaar een vliegvakantie met het hele gezin naar de zon.
Mannen als Henk hebben dit land opgebouwd na de oorlog; hebben Nederland gemaakt tot wat het is. En daar zijn ze trots op.

Handelsgeest
Als er iets is wat ons Nederlanders in het bloed zit, is het handelsgeest. Wij verkopen alles als we er geld mee kunnen verdienen. Je ziet het in de zomer, in de betere buurten waar meisjes met vlechtjes glaasjes koud water verkopen of brakke knutseltjes voor een euro per stuk. Je ziet het op koningsdag, als iedereen het puin uit zijn garage, schuur of zolder aan de man probeert te brengen. Je ziet het ook in groter verband, waarbij we onze overschotten dumpen in ‘arme landen’ en zo de lokale economie kapot concurreren. Er zal vrije handel zijn, of er zal geen handel zijn. Het mooiste vinden we handelen in lucht, in derivaten, in polissen, in schuldbekentenissen, de glaasjes koud water van de handige jongens. Geld verdienen zonder er iets voor hoeven doen. Dat vinden we mooi.

Het Integratie Alfabet. Nederlandse waarden en normen van A tot Z. Vandaag: G

We zijn in verwarring. We dreigen verstrikt te raken in een identiteitscrisis die maar op een manier kan eindigen: collectieve depressie.
Dat moeten we voorkomen en daarom een kloeke handleiding over wat ons Nederlander maakt. Om op terug te vallen, aan te refereren en om van te leren.
Voor de nieuwkomers, zodat ze weten waar ze zich aan te houden hebben, en, misschien nog wel meer, voor de hardwerkende Nederlander met voeten en voorouders in de Hollandse klei, voor stadse plattelanders en stedelingen in hun villa’s op de hei.
Zodat we allemaal weer een beetje houvast hebben.
Vandaag: de letter G.

Gezellig
Wij Nederlanders houden van gezelligheid. En bij gezelligheid hoort alcohol. Thee of ‘n frisdrankje is voor softies, lulletjes rozenwater, wegkijkers, pappen-en nathouders. Behalve als je de Bob bent, want de ben je toch al de lul en dan mag fris wel gezellig heten. Wil je meedoen aan de gezelligheid bij borrels, vrijmibo’s, verjaardagen, festivals, nou ja, bij zo’n beetje van alles wat sociaal is, leer dan je druivensap te nippen als wijn, je 0.0 achterover te klokken alsof het Heineken is, of simuleer een darmkwaal.

Gewoon
‘Doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg’ is een gevleugeld gezegde. ‘Je kop niet boven het maaiveld uitsteken’ is een ander geliefde uitdrukking. Gewoon doen, niet opvallen, geen rare dingen aantrekken of zeggen, als je daar geen ‘diagnose’ voor hebt gekregen. Opgaan in de massa, doen zoals iedereen doet. Daar houden wij van.

Gulden
Een echte Nederlander verlangt hartstochtelijk terug naar de gulden. Die rekent nog steeds om. De gulden is symbool geworden voor de goede oude tijd, toen we Indië nog hadden en op een dubbeltje een vrouwenhoofd stond. Dat platte stuk geperst metaal staat voor Onze Natie, voor de grootsheid van ons kleine land, toen we internationaal nog een aardig partijtje meebliezen met onze overzeese gebieden. Met de komst van de euro is dat glorieuze verleden verkwanseld en zijn we overgeleverd aan het moloch van de Europese Unie met hun hoofdstad in Brussel en hun bemoeizucht vastgelegd in duizenden wetten en onzinnige regeltjes. Een Nederlandse patriot wil de gulden terug. En de grenzen dicht.

Het Integratie Alfabet. Nederlandse waarden en normen van A tot Z. Vandaag: F

We zijn in verwarring. We dreigen verstrikt te raken in een identiteitscrisis die maar op een manier kan eindigen: collectieve depressie.
Dat moeten we voorkomen en daarom een kloeke handleiding over wat ons Nederlander maakt. Om op terug te vallen, aan te refereren en om van te leren.
Voor de nieuwkomers, zodat ze weten waar ze zich aan te houden hebben, en, misschien nog wel meer, voor de hardwerkende Nederlander met voeten en voorouders in de Hollandse klei, voor stadse plattelanders en stedelingen in hun villa’s op de hei.
Zodat we allemaal weer een beetje houvast hebben.
Vandaag: de letter F.

Fel
Nederlanders zijn fel. We trekken van leer, we halen uit bij het minste of geringste. Dat zit ons in het bloed, we zijn vechters. Vinden we zelf. Voor mannen is felheid een lovenswaardige eigenschap. Echte mannen laten niet met zich sollen. Die krijgen dingen gedaan. Voor vrouwen is felheid vaak een teken van onzekerheid, een manier om hysterie te overschreeuwen. Daar kunnen ze niks aan doen. Dat zit in hun aard.

Fluiten
Kon je vroeger als Nederlander gewoon naar meisjes fluiten (fffftttt… waar gaan die mooie beentjes heen….), doe dat nu absoluut niet meer! Voor je het weet heb je gedoe aan de broek, gezeik aan de kop en gedonder in de glazen. Meisjes zijn meiden geworden en steeds beter in #MeToo. Flauwekul, man. Echt. Zo overdreven. Maar ze winnen terrein, de meiden en de vrouwtjes, en ze worden nog gesteund ook, door van die zachtmannen, watjes, pappadagpappa’s en gendergelijkheidsmafketels.

Formatie
Het vormen van een nieuwe regering nadat er verkiezingen zijn geweest. Wordt gekenmerkt door gebroken verkiezingsbeloften en duurt vaak lang. We waren eraan gewend geraakt, volgden al dat gezeik nauwelijks nog want we stemden toch al niet, allemaal zakkenvullers, daar in Den Haag. (Zie: zakkenvullers). Gelukkig is het tij gekeerd en herleefd onze de belangstelling voor politiek. Van verkiezingen tot formatie, het hele spectrum is interessant geworden, want we hebben gewonnen en nu wordt er naar ons geluisterd! Wij krijgen eindelijk onze zin. Nederland wordt weer van ons.

Het Integratie Alfabet. Nederlandse waarden en normen van A tot Z. Vandaag: E

We zijn in verwarring. We dreigen verstrikt te raken in een identiteitscrisis die maar op een manier kan eindigen: collectieve depressie.
Dat moeten we voorkomen en daarom een kloeke handleiding over wat ons Nederlander maakt. Om op terug te vallen, aan te refereren en om van te leren.
Voor de nieuwkomers, zodat ze weten waar ze zich aan te houden hebben, en, misschien nog wel meer, voor de hardwerkende Nederlander met voeten en voorouders in de Hollandse klei, voor stadse plattelanders en stedelingen in hun villa’s op de hei.
Zodat we allemaal weer een beetje houvast hebben.
Vandaag: de letter E.

Elfstedentocht
Deze tocht op schaatsen over slootjes die elf Friese plaatsjes met elkaar verbindt is de trots van Nederland. Heb je de Elfstedentocht geschaatst, dan ben je een Echte Nederlander. Dan heb je afgezien, heb je bevroren tenen getrotseerd, heb je je de blaren gekluund, ben je tot het gaatje gegaan en tel je overal voor altijd mee als volwaardig. Helaas is deze status haast onhaalbaar geworden, het ‘it giet oan’ klinkt niet meer hoopvol over de bevroren wateren, omdat het nooit meer vriest.

Elite
Altijd links. Van de wereld vervreemd stelletje grachtengordelbewoners dat niets anders doet dan het pamperen van minderbedeelden. En met minderbedeelden bedoelen ze dan mensen met een laaginkomen, simplistisch of praktisch werk, ondergemiddeld IQ, cultuurbarbaren, steuntrekkers en gastarbeiders. Als ze geen glas Chardonnay in de hand hebben zijn ze aan het theedrinken met allerlei marginale types aan de rafelranden van de maatschappij. Komen het meest voor in de media, de literaire en culturele wereld en in de hogere ambtenarij.

Excuses
Sorry zeggen gaat Nederland als natie niet makkelijk af. Meestal gaan er dan ook jaren, zo niet eeuwen overheen voor we het uit onze strot persen. Maar als we het zeggen, dan menen we het ook. Heus waar. We hebben nu al sorry gezegd voor hoe we ons als koloniale machthebbers hebben gedragen, we hebben sorry gezegd voor het slavernijverleden. We hebben er spijt van dat de NS onze joden naar de kampen heeft vervoerd, we hebben spijt betuigd voor het toeslagenschandaal. Sorry gezegd voor de gaswinning in Groningen. Allemaal uit de grond van ons hart. Echt.
Het is dus slechts een kwestie van tijd voordat excuses worden aangeboden voor de betrokkenheid van Nederland bij de genocide in Gaza, voor het afschaffen van de bad-bed-brood maatregel, voor het geïnstitutionaliseerde racisme en voor de gedwongen bezoekjes aan het Holocaustmuseum voor nieuwkomers.

Het Integratie Alfabet. Nederlandse waarden en normen van A tot Z. Vandaag: D

We zijn in verwarring. We dreigen verstrikt te raken in een identiteitscrisis die maar op een manier kan eindigen: collectieve depressie.
Dat moeten we voorkomen en daarom een kloeke handleiding over wat ons Nederlander maakt. Om op terug te vallen, aan te refereren en om van te leren.
Voor de nieuwkomers, zodat ze weten waar ze zich aan te houden hebben, en, misschien nog wel meer, voor de hardwerkende Nederlander met voeten en voorouders in de Hollandse klei, voor stadse plattelanders en stedelingen in hun villa’s op de hei.
Zodat we allemaal weer een beetje houvast hebben.
Vandaag: de letter D.

Druk-druk-druk
Werken is de norm. Hoe drukker, hoe beter. Als je een baan hebt waarvoor je, zeg, 25 uur per week productief iets bijdraagt, roep je te pas en te onpas dat je zeker 50 uur per week werkt. Dan krijg je respect. Deeltijdwerken is iets voor ongeëmancipeerde prinsesjes, die nog steeds lekker leunen op een man. Let op: als vrouw economisch afhankelijk zijn van een man is binnen de Nederlandse cultuur een doodzone. Een echte vrouw kan het alleen (Zie ook: vrije jongen).
Heb je een bullshitjob? Nooit toegeven. Gewoon even druk-druk-druk doen als alle anderen.

Democratie
Wij Nederlanders geloven heilig in democratie, behalve als de verkiezingsuitslag niet naar onze zin is. Afhankelijk van de uitslag kankeren we dan of op de elitaire plucheplakkers van het kartel, of op het domme volk dat gewoon niet weet wat goed voor hen is.

Debat
Eigenlijk: het uitwisselen van argumenten en ideeën om zo het eigen inzicht te vergroten en tot betere menings- of besluitvorming te komen. Maar wij Nederlanders debatteren liever vanuit de onderbuik, het gaat om ons gevoel, en dat gevoel hoeft he-le-maal niet rationeel te zijn, het mag gebaseerd zijn op mythes, op vooringenomenheden, op ‘ik heb het horen zeggen op de tv’. Allemaal geaccepteerd in onze samenleving, zeker sinds de Tweede Kamer er het voortouw in neemt. Wij maken van ons hart geen moordkuil, wat we voelen, wat we ervaren, dat is de waarheid. En die is net zo waar als alle andere waarheden, zo niet waarder.

Het Integratie Alfabet. Nederlandse waarden en normen van A tot Z. Vandaag: C

We zijn in verwarring. We dreigen verstrikt te raken in een identiteitscrisis die maar op een manier kan eindigen: collectieve depressie.
Dat moeten we voorkomen en daarom een kloeke handleiding over wat ons Nederlander maakt. Om op terug te vallen, aan te refereren en om van te leren.
Voor de nieuwkomers, zodat ze weten waar ze zich aan te houden hebben, en, misschien nog wel meer, voor de hardwerkende Nederlander met voeten en voorouders in de Hollandse klei, voor stadse plattelanders en stedelingen in hun villa’s op de hei.
Zodat we allemaal weer een beetje houvast hebben. Vandaag: de letter C.

Crisis
Is er iets ook maar een beetje misgegaan, aan het misgaan of het zou kunnen misgaan: noem het crisis. Of het nou een kledingcrisis is (niks om aan te trekken naar de Gamma), een keukencrisis (de saus is blauw geworden van de touwtjes die je om de prei bond) of een asielcrisis (de opvang is wegbezuinigd en nu slapen mensen op het gras) noem het crisis en het is erg. En erg vraagt om drastische maatregelen, waarvoor je onvoorziene kosten mag maken (een hip trainingspak voor naar de gamma; een feestmaaltijd van Thuisbezorgd of de democratische rechtsstaat buiten spel zetten met crisiswetgeving of noodwet. Noem het crisis en je hebt de strijd al half gewonnen. (Let op: dit geldt alleen voor verzonnen crises. De echte crises: klimaat, wonen, zorg, pakken we niet aan, daar zijn we bezorgd over en daar werken we plannen voor uit.)

Consumeren
Innemen, wegmalen, schranzen, schrokken, slempen. Nederlanders houden ervan! We noemen het Bourgondisch, maar het is typisch Nederlands: niet verfijnd genieten, maar veel. Liever onbeperkt spareribs dan nouvelle cuisine, liever een meter bier in plaats van een exclusief likeurtje. Liever kermis dan concert, liever kerstmarkt dan nachtmis. Twee auto’s is beter dan een, en een beetje fietser heeft zeker drie modelletjes. Ik consumeer, dus ik ben. De hij die model staat voor onze culture standaard gaat liever dood dan dat hij voor de buren onderdoet. Daarom kijken we neer op die mafklappers die willen consuminderen. Meer is altijd beter.

Ciske
De rat. Ons eigen ettertje. Onze David Copperfield. Straatschoffie met een klein gouden hartje. Daar houden we van. Net als van Pietje Bell, van Bartje met z’n bruine bonen, zelfs van Gerrit, die steelt als de raven. Liefst gebracht als musical.

Het Integratie Alfabet. Nederlandse waarden en normen van A tot Z. Vandaag: B

We zijn in verwarring. We dreigen verstrikt te raken in een identiteitscrisis die maar op een manier kan eindigen: collectieve depressie. Dat moeten we voorkomen en daarom een kloeke handleiding over wat ons Nederlander maakt. Om op terug te vallen, aan te refereren en om van te leren. Voor de nieuwkomers, zodat ze weten waar ze zich aan te houden hebben, en, misschien nog wel meer, voor de hardwerkende Nederlander met voeten en voorouders in de Hollandse klei, voor stadse plattelanders en stedelingen in hun villa’s op de hei. Zodat we allemaal weer een beetje houvast hebben. Vandaag: de letter B.

Belasting
Belasting is gif. Van onze belastingcenten hangt het werkschuw tuig de hele dag lekker op de bank. Van ons belastinggeld leven asielzoekers er goed van in luxe cruiseschepen en worden buitenlanders gepamperd. Terwijl wij, hardwerkende Nederlanders, steeds verder worden uitgeknepen. Maak je dit discours eigen, en je staat al met een half been in Nederlandse samenleving.

Bonuskaart
Om erbij te horen in Nederland is een bundeltje bonuskaarten in je portemonnee onontbeerlijk: met een bonuskaart krijg je korting, profiteer je van aanbiedingen en spaar je punten waardoor je eens in de zoveel tijd iets gratis krijgt. Nederlanders vinden afdingen in eigen land sneu. In het buitenland doen ze het veel en graag en stellen ze er een eer in zo weinig mogelijk te betalen voor hun souvenirs – sterker nog: weinig maakt een echte Nederlander zo sacherijnig als merken dat hij toch nog teveel heeft betaald voor zijn handgesneden giraffe uit de fabriek, of dat exclusieve houten masker van plastic.
In Nederland is afdingen geïnstitutionaliseerd: met twee voor de prijs van een, bonuspunten en extra kassakortingen. Daar worden Nederlanders blij van.

Beschuit met muisjes
Ga je op kraambezoek in Nederland, krijg je beschuit met muisjes. Muisjes zijn suikerbolletjes in een wit en blauw jasje bij een jongen, en roze en wit bij een meisje. Beschuiten zijn heel hardgebakken stukjes deeg die altijd breken voor je ze naar je mond hebt kunnen brengen. Het vergt oefening om een beschuit met muisjes te eten. Je krijgt er meestal geen bordje bij (want dat moet de kersverse pappa afwassen en daar heeft hij geen zin in), dus je zit met een hand vol kruimels en suiker waar je geen weg mee weet. (Tip: zoek een plantenbak of bloemenvaas).
Soms krijg je als man nog een sigaar en als vrouw een glaasje kandeel aangeboden, maar dat mag je tegenwoordig vriendelijk weigeren. De beschuit dus niet, die moet.

Het Integratie Alfabet. Nederlandse waarden en normen van A tot Z. Vandaag: A

We zijn in verwarring. We dreigen verstrikt te raken in een identiteitscrisis die maar op een manier kan eindigen: collectieve depressie.
Dat moeten we voorkomen en daarom een kloeke handleiding over wat ons Nederlander maakt. Om op terug te vallen, aan te refereren en om van te leren.
Voor de nieuwkomers, zodat ze weten waar ze zich aan te houden hebben, en, misschien nog wel meer, voor de hardwerkende Nederlander met voeten en voorouders in de Hollandse klei, voor stadse plattelanders en stedelingen in hun villa’s op de hei. Zodat we allemaal weer een beetje houvast hebben.
Vandaag: de letter A.

Aardappels
Nederlanders eten aardappels. Gekookt, gestampt, gebakken, als friet, als kroketten, als wedges (als we eens ‘iets aparts’ willen serveren). Laat je niet misleiden door Knorr wereldgerechten, Appie’s Indiase soeppakketten of de wraps met tonijnsalade, de aardappel is en blijft het hoofdbestanddeel van de traditionele Hollandse pot.

Anti-antisemitisme
In tegenstelling tot mensen die uit islamitische landen afkomstig zijn, zit anti-antisemitisme bij echte Nederlanders in hun DNA. Na de Tweede Wereldoorlog is het Nederlandse DNA ingrijpend gemuteerd, een proces dat halverwege de jaren ’60 merkbaar werd. Daarvoor hadden we weinig met ‘onze joden’ op. We sloten ze uit en keken in meerderheid lijdzaam weg toen eerst in Duitsland de joden werden opgejaagd, en hoe daarna, tijdens de bezetting, ‘onze joden’ werden afgevoerd naar hun dood. Maar nu, dankzij de DNA-mutatie, staan we als een muur om ‘onze joden’ heen, om hun manier van leven te beschermen. Want nooit meer is nu. (zie ook: N – Nooit meer is nu).

Antiautoritair
Nederlanders zijn er trots op dat ze zich niet storen aan wet of gebod. Vrijheid is het hoogste goed. Waar Nederlanders niet zo goed weg mee weten is dat de vrijheid die ze voor zichzelf claimen, ook zou moeten gelden voor anderen. Nieuwkomers bijvoorbeeld, hun ticket naar onze vrijheid is aanpassen, zo veel als mogelijk is worden zoals wij. Er bestaat tenslotte maar een echte definitie van vrijheid, en dat is de Westerse.