We zijn in verwarring. We dreigen verstrikt te raken in een identiteitscrisis die maar op een manier kan eindigen: collectieve depressie.
Dat moeten we voorkomen en daarom een kloeke handleiding over wat ons Nederlander maakt. Om op terug te vallen, aan te refereren en om van te leren.
Voor de nieuwkomers, zodat ze weten waar ze zich aan te houden hebben, en, misschien nog wel meer, voor de hardwerkende Nederlander met voeten en voorouders in de Hollandse klei, voor stadse plattelanders en stedelingen in hun villa’s op de hei.
Zodat we allemaal weer een beetje houvast hebben.
Vandaag: de letter V.
Volk
Iedereen minus de (linkse) elite. Altijd verlangend naar een sterke leider, die ervoor zorgt dat er ‘een goedbelegde boterham’ verdiend kan worden, dat er geen snelheidslimiet is op autowegen, dat er voor een schijntje met het hele gezin naar de zon kan worden gevlogen en dat het volk ‘zichzelf kan zijn’. Al het andere interesseert het volk geen ruk.
Vrije jongen
Wil je een doorgaan voor echte Nederlander, dan ben je een ‘vrije jongen’. Ook als je meisje bent, of je anders identificeert. De vrije jongen in de ultieme hardwerkende Nederlander: ondernemer, zelfstandige. Niks werkbriefjes, urenverantwoording, voortgangsgesprekken. Nee, een vrije jongen is vrij om te handelen, uit te buiten, onder te betalen en een beetje te sjoemelen – alles binnen de mazen van de wet, uiteraard.
VOC
VOC staat voor Verenigde Oostindische Compagnie, een koloniale handelsonderneming die met hun zeventiende eeuwse rooftochten in de Oost Nederland rijk heeft gemaakt.
De VOC is de trots van Nederland, het laat zien waar een klein land groot in kan zijn: het staat symbool voor de Nederlandse handelsgeest; de Nederlandse nieuwsgierigheid naar andere delen van de wereld als er iets te halen valt: specerijen, thee of slaven. Die nieuwsgierigheid ging gepaard met door superioriteitsgevoelens ingegeven veroveringsdrift, geweld en onderdrukking van de inlanders. Wij Nederlanders noemen het onze Gouden Eeuw.